OPSTERLAND – Op vrijdag 20 januari zijn door de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID) in de gemeente Opsterland vier katten in bewaring genomen. De dieren werden in konijnenhokken gehouden. De hokken waren smerig, de vacht van de katten werd niet goed verzorgd en een van de katten had ernstig ontstoken voetzolen, tot bloedens toe.
De dag voor de in bewaringname was de LID samen met de politie gaan controleren na berichten over katten die permanent in konijnenhokken zouden zitten. Dit bleek bij aankomst inderdaad het geval. Op het eerste oog waren de dieren wel in goede conditie, maar de huisvesting was totaal ongeschikt voor katten.
Verder waren de kattenbakken vuil en bleek een kat ernstig ontstoken achterpoten te hebben. Daarop is het de eigenaren duidelijk gemaakt dat ze binnen 24 uur een dierenarts moesten inschakelen en dat de hokken moesten worden aangepast (o.a. meer ruimte, schone kattenbakken en bescherming tegen weersomstandigheden).
Geen verbetering
De volgende dag bleek dat er geen afspraak was gemaakt met een dierenarts en de hokken onveranderd waren. In overleg met RVO.nl* hebben ze toen nog een termijn van één uur gekregen om alsnog actie te ondernemen, maar ook toen kwam het niet veel verder dan toezeggingen. Hierop kreeg de LID-inspecteur opdracht van RVO.nl om de katten in bewaring te nemen en naar de dierenarts te brengen.
Daar is de kat met ontstoken poten onder verdoving behandeld. De Dierenarts gaf aan deze aandoening nog niet eerder bij een kat te hebben gezien. Waarschijnlijk komt het door te lang zitten op een harde en vuile ondergrond. De dieren zijn daarna overgebracht naar een opvangadres waar ze de nodige zorg krijgen.
Woede en emotie bij eigenaren
De inspecteur was tijdens het meenemen van de katten blij met de assistentie van de politie. Die was nodig om de eigenaren in bedwang te houden en later nazorg te verlenen. Ze waren erg boos en geëmotioneerd over de situatie. Als verklaring voor het houden van de katten in konijnenhokken gaven ze aan dat ze niet in huis konden omdat ze anders alles onder plasten. De katten bleken (nog) niet ‘geholpen’.